Boek over Alphense NSB burgemeester al gauw omstreden

Geplaatst januari 5, 2012 door Kaj Elhorst
Categorieën: Adolf Hitler, Alphen aan den Rijn

Tags:

Op 5 januari kwam mijn boek “De NSB-burgemeester van Alphen aan den Rijn”  uit. Ik overhandigde het eerste exemplaar aan burgemeester Eenhoorn van mijn stad.

Al voor de datum van uitbrengen deed het boek stof opwaaien. Hoe ik erop kwam om een boek te schrijven over een NSB-burgemeester. Mij dunkt dat de burgemeester gewoon onderdeel uitmaakt van de geschiedenis van mijn stad. Daarmee heb ik geen oordeel uitgesproken maar het is niet mogelijk in een later stadium de geschiedenis mooier te maken dan ze is geweest. Daar heeft iedereen mee te maken. Prijs: 11,95 euro, ISBN 9  7890 8708  0433

Nieuw boek

Geplaatst december 21, 2011 door Kaj Elhorst
Categorieën: Adolf Hitler, Complete stad, Crisis kunnen we voorkomen, Dalai Lama

Tags: ,

Op 5 januari van het volgend jaar komt het nieuwe boek van mij uit. Ik houd de titel nog even geheim maar let goed op, het wordt een knaller! Trefwoorden: Burgemeester, moeilijke tijden, vijandschap. Nu al omstreden.

Ik ben de taal

Geplaatst november 20, 2011 door Kaj Elhorst
Categorieën: Beroemdheid, Crisis kunnen we voorkomen

Tags: ,

Ik ben de taal, dat klinkt echt wel brutaal maar even zo goed is het een waarheid als een koe. In de afgelopen jaren is het aantal klachten over verkeerd en foutief taalgebruik sterk gegroeid. De spelling is, ook bij studenten journalistiek, veelal abominabel. De grote vraag is natuurlijk altijd wat “fout”  is.

Taal is immers een gebruiksmiddel van ons allemaal en wat iemand zegt of schrijft kan weliswaar niet voldoen aan de geldende regels, dat wik nog niet zeggen dat het “fout”  is. Even zo goed kan taalgebruik wel degelijk fout zijn. Dat is het geval als het niet voldoet aan de functie van de taal: communicatie. Wie taal gebruikt die door niemand of bijna niemand wordt begrepen, maakt een fout. Een uitzondering daarop is wel mogelijk, als die taalvorm bedoeld is om slechts een heel beperkte groep mensen te bereiken.

Om taal in te zetten voor de oorspronkelijke doelstelling, communicatie met de medemens, zijn er regels opgesteld. Wie zich in overwegende mate niets van die regels aantrekt, kan verwachten dat hij of zij niet of nauwelijks wordt begrepen. Maar, die regels kunnen wel langzaam aan een andere inhoud en vorm krijgen. De wereld om ons heen verandert, de waarneming door individuen verandert en het zou vreemd zijn als het meest gebruikte communicatiemiddel onveranderd bleef. Spelling en overige grammaticale elementen in de taal zullen zich dus aanpassen aan gewijzigde omstandigheden. Een vereiste blijft dat de taal geschikt blijft om elkaar te begrijpen. Niet dicht langs elkaar heen te praten maar…te begrijpen.

Ik ben de taal, ik verander, mijn taal verandert en en anderen veranderen mee en hopelijk hebben we daar met z’n allen begrip voor.

Het debat

Geplaatst september 18, 2011 door Kaj Elhorst
Categorieën: Alphen aan den Rijn

Tags:

Debatteren…het is een kunst op zich. In veel gevallen verzandt de discussie tot een wedstrijdje gelijk hebben. Dat is jammer want geen enkele mening verdient het om zo roemloos ten onder te gaan.

Zelfs mensen die in hun vak veel moeten debatteren, zijn daartoe niet altijd in staat. Er zijn bijvoorbeeld Kamerleden die weglopen voor elke tegenstand. Bij hen wekt tegenstand tegenZIN op en dat leidt tot het verkeerde resultaat.Tegenstand wekt, als het goed is méér energie op en meer inzicht in jezelf. Dat is ook een belangrijke verdienste van het debat: inzicht in jezelf en in eigen idealen.

Het debat vormt een uitwisseling van inzichten en idealen en daarbij zijn de deelnemers niet elkaars vijand maar juist elkaars assistent. Ze helpen elkaar om te komen tot een beter inzicht in de samenleving. Het debat levert iedere deelnemer gezichtspunten en argumenten op die tot dan toe onbekend of buiten het gezichtsveld bleven. Ze kunnen een reden zijn om de eigen overtuiging bij te stellen of…om juist te volharden in het eigen standpunt. Voor de deelnemer aan het debat wordt duidelijker waarom hij of zij gelooft in een ideaal of te bewandelen weg. De argumenten van de ander, laten de grenzen van de eigen overtuiging zien. Om het in grafische termen te zeggen: zwarte letters vallen nu eenmaal het meeste op tegen een witte achtergrond. Dat geeft nieuwe energie.

Veelal willen deelnemers daar niet aan omdat het loslaten van eenmaal ingenomen standpunten leidt tot onzekerheid. Er is sprake van ene kortstondig verlies van houvast en dat wekt angst op of onzekerheid. Wie daarmee goed om weet te gaan, ziet het als avontuur en maakt met behulp van nieuwe inzichten een sterker ideaal en een steviger fundament voor het eigen standpunt.

Daar komt bij dat het debat leidt tot meer inzicht in jezelf, meer zelfkennis. Waar ben ik in de discussie de mist ingegaan? Waar ging ik de kort door de bocht en welke capaciteiten moet ik verder ontwikkelen om het de volgende keer beter te doen. Waar ben ik, aan de andere kant, ongekend goed in. Dat laatstee is ook van belang omdat het tot meer zelfbewustzijn en -respect leidt.

In maatschappelijke zin levert ene goed debat met scherpe vragen en reacties, goede antwoorden op. Antwoorden van alle deelnemers die soms een gezamenlijke oplossing kunnen opleveren voor een probleem.

Wie onverkort op het eigen gelijk blijft staan, winst niets in een debat en blijkt vaak weg te lopen. Dat is het ultieme zwaktebod. Dat geldt voor kamerleden maar ook elders waar mensen debatteren met elkaar. Ik zal bij ieder goed debat graag uw gespreksleider zijn.

Een nieuwe zomer, een nieuwe richting

Geplaatst augustus 10, 2011 door Kaj Elhorst
Categorieën: Alphen aan den Rijn, Beroemdheid, Bij de open haard met een wijntje, Bouwkunsige vakjournalistiek, Inspraak, Inspraak heeft structuur nodig, Inspraak resultaten, Inspraakprocessen, Journalistiek, Journalistieke nieuwsgierigheid, Journalistieke onafhankelijkheid, Journalistieke producties, Kaj Elhorst, Media elektronisch en gedrukt, Media innovatie, Persvrijheid, Praatprogramma's

Tags:

Publicist slaat een nieuwe richting in. De afgelopen 32 jaar heeft mijn bureau zich gericht op journalistiek voor bestaande tijdschriften, kranten en websites. Redactie, columns, achtergrondartikelen en nieuwsberichtgeving, ze passeerden allemaal de revue. Ook aan radio-uitzendingen deden we mee. In de loop van de jaren is het dan ook een tamelijk onoverzichtelijk park van werkzaamheden geworden en daaraan wil ik graag iets veranderen.

Vanaf 1 september concentreert Publicist zich op vier activiteiten:

– het schrijven van speeches op topniveau voor ieder niveau;

– het schrijven van columns op topniveau voor ieder niveau;

– het coördineren van een nieuw project van moderne kwaliteitsmedia met nieuws, achtergronden, columns op de gebieden politiek, sport,     cultuur, bedrijfsleven en onderwijs, op topniveau voor ieder niveau;

– het verzorgen van discussieprogramma’s en gespreksleiding voor alle media en voor beroeps- en publieksgroepen, op topniveau voor ieder niveau.

Al met al toch nog een heel breed pakket waarvoor een team van uitgelezen medewerkers nodig is en waarvoor van tijd tot tijd ook externen gevraagd zullen worden voor een bijdrage.

Maar in de eerste plaats zullen we ons baseren op het vaste team van auteurs, journalisten en ook marketingmedewerkers want ene goed product verdient een fraaie etalage. Tot die etalage behoort in elk geval deze site en we hopen dan ook dat u er vaak zult kijken.

Dictee

Geplaatst maart 20, 2011 door Kaj Elhorst
Categorieën: Alphen aan den Rijn, Commerciële media, De krant, De media, Freelance journalistiek

Tags: ,

Afgelopen donderdagavond was ik aanwezig bij het Groot Alphens Dictee, een worsteling van zo’n honderd Alphenaren die voor de tweede keer in de geschiedenis probeerden de beste te zijn in de spelling. Van te voren merkte ik tegen één van de deelnemers op dat ik het allemaal nog al onzinnig vond omdat het hele jaar door nauwelijks iemand zich bekommert om spelling. Niet tactvol, wel eerlijk.

In de afgelopen jaren heb ik de meest uiteenlopende discussie over spelling gevolgd en zelfs leraren van de Pedagogische Academies horen zeggen dat spelling er niet toe doet. Het gaat erom dat je elkaar begrijpt, was de opvatting. Kennelijk had men niet door dat juiste spelling en ” elkaar begrijpen”  bij elkaar horen. Spelling vormt een skelet voor het schrift zoals jaartallen dat bij de geschiedenis doen. Het zijn de knooppunten van de verbanden.

Donderdagavond was er ook weer iemand die het wel een goed idee vond als we een woord gingen schrijven zoals je het uitspreekt. Ik heb toen geprobeerd duidelijk te maken dat zo’n aanpak vrijwel onmogelijk is. Om te beginnen spreekt haast iedereen elk woord anders uit. Dat zou dus tot een volledig individuele spelling leiden. Waarom dat problematisch is, zal ik straks bespreken.

In de tweede plaats wordt het dan moeilijk om nog te begrijpen wat een woord betekent. Het woord “nachtkastje”  wordt door vrijwel iedereen uitgesproken als ” nachkasje” . Als je het zo gaat spellen, zou je gaan denken dat het een Haagse, nachtelijke  kweekplaats voor tomaten is.

Taal is het meest wezenlijke communicatiemiddel van de mens en doet zich in vele vormen voor. Oorspronkelijk ging het vermoedelijk om weinig gearticuleerde keelklanken, zoals onze ontdekkingsreizigers in Afrika nog hebben ontmoet, later kwamen daar vooral de nuances van de klinkers bij. Volgens sommigen geven klinkers de aard van onze verbondenheid met de wereld aan, oftewel de ziel.Laten we wel wezen: het spreken ging aan het schrijven vooraf en dus is spreken primair maar in de loop van de eeuwen heeft het schrift zijn eigen recht verworven. Het dient ertoe de betekenis van een woord duidelijk te maken op een manier die ook voor ons taalgebruik herkenbaar is.

Taal bestaat ook bij de gratie van afspraken, afspraken over de betekenis van bepaalde klanken, die wij woorden zijn gaan noemen. Het schrift maakte het mogelijk onze uitgesproken woorden vast te leggen maar om daaraan enige zin te geven, moesten zij wel voor lange tijd herkenbaar zijn. Daarom is in de loop van de eeuwen een afspraak gemaakt over de weergave (spelling)  van elk woord. Die weergave moest een weergave van de klank zijn en het woord een verband geven met aanverwante woorden. Dat maakt de overdracht van de boodschap, de communicatie gemakkelijker. Daarom heet een kastje dat naast ons bed staat en dat wij vooral ’s nachts gebruiken ” nachtkastje”  en geen beddehoed, of willekeurig welk ander woord.

Een goede spelling maakt dan ook structureel onderdeel uit van een goede taalbeheersing omdat ze bijdraagt aan de doelstelling van het schrift: communicatie. Schrijven zoals “je”  een woord hoort is daartoe absoluut ongeschikt vanwege eerder genoemde redenen.

Communicatie en taalbeheersing

Geplaatst maart 18, 2011 door Kaj Elhorst
Categorieën: Bij de open haard met een wijntje, Bouwkunsige vakjournalistiek, Crisis kunnen we voorkomen, Tekst en beeld, Tekstschrijverij, Verloedering van de taal, Vrije meningsuiting

Tags:

Kortgeleden schreef ik een tekst waarin ik de lezeressen van Libelle “vrouwtjes”  noemde. Het duurde niet lang of de eerste explosie van vrouwelijke zijde was binnen. Ik werd aangevallen op mijn gebruik van het woord en ” mannetje”  genoemd. Dat had ik natuurlijk kunnen verwachten.

“Vrouwtjes”  heeft een peioratieve betekenis, dat wil zeggen dat het negatief klinkt, denigrerend. Een vrouw is een vrouw, een dame en soms een meisje maar geen ” vrouwtje”. ” Vrouwtje heeft de betekenis van een hulpeloos, zogenaamd argeloos wezentje dat mannen probeert te behagen. Alsof het zonder man geen leven zou kunnen hebben.

Woorden zijn lang niet altijd even behulpzaam bij het communiceren omdat ze zoveel verschillende facetten hebben. Elk woord, zelfs het woordje “de”  heeft een gevoelswaarde en een intrinsieke waarde, een feitelijke betekenis. Je kunt er nooit van uitgaan dat een woord alleen maar in die feitelijke betekenis overkomt. Veel hangt af van de gemoedstoestand waarin de luisteraar of de lezer zich bevindt.  In sommige gevallen zien mensen zich verplicht om een uitdrukking of woord omslachtig uit te leggen met andere woorden omdat ze bang zijn voor misverstanden. Soms ook gebruiken ze  “slag-om-de-arm”  woorden zoals “eigenlijk”, “toch?”  of “zeg maar”. Allemaal woorden die onzekerheid van de spreker of schrijver uitdrukken of hem of haar een escape-mogelijkheid geven.

En inderdaad, een misverstand is in ene vloek en een zucht geboren en daarom is het goed als mensen beschikken over een goede taalbeheersing. De woordenschat die daarbij hoort, stelt iemand in staat om precies te zeggen en uit te drukken wat hij of zij bedoelt zonder al teveel uitleg want…voor elke feitelijke betekenis of gevoelswaarde bestaat in het Nederlands een woord of een woordcombinatie. De Nederlandse taal is in dat opzicht zelfs buitengewoon rijk in vergelijking met andere talen.

Tot sprekens,

Kaj Elhorst

Fantasievorming, workshop van drie middagen

Geplaatst februari 28, 2011 door Kaj Elhorst
Categorieën: Beroemdheid, Bij de open haard met een wijntje

Tags:

Fantasie is een kracht die absoluut noodzakelijk is voor iedereen die schrijft. Zelfs wie verslagen schrijft, kan fantasie gebruiken ook al is het niet de bedoeling te gaan  fantaseren in een verslag. Fantasie kan wel de nodige lucht brengen in zware stukken. Voor romans en korte verhalen vormt fantasie vaak de basis. Fantasie heeft iedereen, de vraag is alleen hoe je de kast met fantasie openbreekt. Daarvoor is deze cursus bedoeld.

Ook mensen die niet schrijven, kunnen er voordeel bij hebben omdat de cursus veelal duidelijk maakt hoe een gevoel voor humor beter te exploiteren valt. Drie middagen volverrassing en humor… kosten per cursist:  200 euro. We ontvangen u graag!

Platvloerse woordkeuze is soms doeltreffend

Geplaatst februari 1, 2011 door Kaj Elhorst
Categorieën: Accommodatiebeleid, Adolf Hitler, Alphen aan den Rijn, Andorra, Antikraakwet, AOW, Calvijn, Complete stad, Crisis kunnen we voorkomen, Crisis kunnen we voorkomen door te leren van het verleden

Tags:

Vandaag scheef ik de column ” Managers die schijten waar ze niet kunnen  wroeten”  en daarin maakte ik korte metten met managers die, met een soort financiële tunnelvisie, beslissingen overrulen van lokale gezagsdragers zonder de situatie te kennen en daarmee de plank volledig misslaan. De column werd goed bezocht tot op heden maar sommigen beklaagden zich over de toon van de titel.

Toch is het gebruik van dergelijke termen in een column volgens mij volledig aanvaardbaar en niet omdat ik zo’n voorstander ben van het gebruik van platvloers taalgebruik. Eigenlijk gaat het ook niet om woordgebruik maar om woordkeuze. De kern zit hem in het begrip “keuze”. De uitdrukking zegt het al: platvloers taalgebruik is uitstekend geschikt  om platvloerse zaken aan de kaak te stellen. Had het niet anders gekund? O ja, zeker! Hetzelfde onderwerp had ik kunnen beschrijven in prachtige, beschaafde formuleringen en daarmee zou het aan iedereen voorbij zijn gegaan. Daar zit hem nu net de kneep.

De taal bestaat uit woorden en ieder woord heeft dezelfde betekenis. “Schijten” heeft intrinsiek geen andere betekenis dan “ontlasten”. Wat wel anders is , is de gevoelswaarde van het woord. Schijten maakt naast de formele betekenis ook duidelijk hoe de auteur over een zaak denkt, namelijk: platvloers. Dat zal niet alleen de beschaafd opererende burger opvallen maar ook alle anderen die gewend zijn deze terminologie te gebruiken. Het bereik van de boodschap wordt daarmee aanzienlijk vergroot. Een goed auteur zal niet alleen woordelijk en rationeel moeten duidelijk maken wat hij meent maar ook zijn of haar gevoelens daarbij. Als dat voor het brede publiek is, moet het voor het brede publiek toegankelijk zijn. Maar het gaat niet alleen om de breedte van het publiek, het gaat inderdaad ook om het schokeffect waarmee dezelfde schok teweeggebracht kan worden die de auteur heeft ondergaan. Platvloers woordgebruik kan heel functioneel zijn, dat hebben we al tientallen jaren geleden met elkaar afgesproken (in elk geval vanaf ongeveer 1965)

Nu hoorde ik kortgeleden ook dat iemand van plan was een boek te schrijven waarin opzettelijk grove en platvloerse taal zou worden gebruikt. De bedoeling was het om daarmee publiek te trekken. Aan zo’n opzet twijfel ik hoewel ik weet dat platte taal publiek trekt. Het kan namelijk ook publiek afstoten. Ik begrijp dat zeker en toch…juist van mensen die niet vertrouwd zijn met het gebruik van platte taal, zou ik iets anders willen vragen. Wie het tot die trap van beschaving heeft gebracht, zou eigenlijk ook daar overheen moeten kunnen kijken en eerst de boodschap tot zich nemen…zeker als de auteur van het stuk bekend is. Zeker als die auteur niet bekend staat om zijn platte taalgebruik. Dan zou het mooi zijn als het publiek  de bedoelingen van het taalgebruik tracht te begrijpen en misschien zelfs te begrijpen.

Dat doet mij denken aan de discussie die ik ooit had met een, inmiddels overleden, wethouder in mijn gemeente. Hij vond dat iemand die de raadsstukken niet begreep, helemaal niet in de raad thuishoorde. Mijn mening was dat de wethouder dan maar ene uitleg zou moeten toepassen die voor die raadsleden ook begrijpelijk was. Wie voldoende niveau heeft, kan een ingewikkelde zaak ook simpel uitleggen.

Hoe dan ook…platvloers taalgebruik heeft wel degelijk ene functie, ook bij het overbrengen van een serieuze boodschap. De afkeer die bij de lezer wordt opgewekt bij het aanschouwen van het taalgebruik, is precies de afkeer die de auteur bedoelt.

En dan, voor alle zekerheid, nog even een uitsmijter: ik ken geen plek waar zo hard (en besmuikt)  gelachen wordt om gore uitdrukkingen als in de allerhoogste families van dit land…

Gespreksleiding begint te lopen

Geplaatst november 11, 2010 door Kaj Elhorst
Categorieën: Calvijn, Het socialisme van rechts, Journalistiek, Kaj in Rusland, Persvrijheid, PvdA en de kritiek, PVV, Taboes, Vrije meningsuiting, Weg met de economische groei, Welzijn, Wilde dieren in het circus verboden, Zingen is even gezond als spinnen

Tags: ,

Vandaag ontving ik twee verzoeken om periodiek (eens in de maand en eens in de veertien dagen) op te treden als presentator/discussieleider bij organisaties in bestuur en politiek en in de zorg. Het is goed om te merken dat het nieuwe aanbod op gang begint te komen. Gespreksleiding en presentatie doe ik ook graag samen met Miranda Nijboer, een jonge journaliste met talent en een mooie toekomst in het vak. Een duo-presentatie geeft extra cachet aan de zaak en ook sprankeling.